Historie van de Villa

Villa de Proosdij kent een fascinerende geschiedenis die start rond het begin van onze jaartelling. De invloed van deze historie is ook vandaag de dag nog volop terug te vinden en te ervaren op het landgoed. Ga mee terug in de tijd.

Romeinse villa aan de Via Belgica

In het jaar 52 v. Chr. werd Ambiorix door Julius Caesar verslagen. Dit was de laatste slag in de Gallische oorlogen. Limburg is vanaf dat moment een provincie van Rome. De Romanisering begint. Van Keulen naar Boulogne-sur-Mer wordt een weg aangelegd: de Via Belgica. Rond 50 n. Chr. ontstaat onder aan de Klimmenderberg, op een veilige afstand van de Via Belgica, een versterkt huis. Het huis, ook wel aangemerkt als Villa Ten Hove, groeit uit tot een van de grootste Romeinse Villa's van Europa en wordt ruim 300 jaar bewoond. Het complex heeft een zuilengalerij van wel 200 meter lang en een eigen badhuis. Landgoed de Proosdij was onderdeel van het uitgebreide terrein van deze Romeinse Villa.

Eigendom van Gerberga van Saksen

Na de val van het Romeinse rijk breekt een woelige periode aan. De villa vervalt en de stenen worden gebruikt voor het versterken van gebouwen in de omgeving. In het jaar 939 sterft Giselbert van Lotharingen op 55-jarige leeftijd bij de slag om Andernach. Zijn 25-jarige weduwe Gerberga hertogin van Saksen erft een van deze versterkte gebouwen: een jachtslot en bijbehorende jachtgronden op de Proosdij. Gerberga wordt een van de machtigste vrouwen van Europa. Als dochter van Otto van Saksen en weduwe van het Lotharingse rijk (Lorraine) is ze een aantrekkelijke Partij voor de West-Franse koning, Lodewijk van Overzee, haar tweede man.

Ook Lodewijk sterft en als regentes van Frankrijk heerst ze tot haar zoon meerderjarig is. Gerberga trekt zich terug in het klooster bij Reims, waar ze abdis wordt. Haar jachtslot in Klimmen vermaakt ze aan het klooster. De schenkingsakte uit 968 na Chr. is de eerste schriftelijke vermelding van het Landgoed en van wijnbouw in Nederland.

Landgoed wordt Landgoed De Proosdij

Het klooster laat een kerkelijke rentmeester (een proost) het eigendom in Klimmen beheren. Het landgoed van de Proost heet in de volksmond al snel 'De Proosdij'.

In 1528 wordt Merten Habets voor het eerst genoemd als Leenheer van de Proosdij. Na het Verdrag van Fontainebleau in 1785, toen Klimmen en omgeving werd overgeheveld van de Oostenrijkse Nederlanden naar de Republiek der Verenigde Nederlanden, worden alle Kerkelijke goederen onteiegend en koopt de familie het landgoed dat zij al eeuwen bewonen en beheren. Anna-Catharina Habets-Schoenmaekers, geboren op Château Sint gerlach, trouwt met Jan Pieter Habets, vermaakt als weduwe elk van haar 7 kinderen een landgoed. Frans Joseph Habets erft de Proosdij.  

 

 

© Villa de Proosdij 2018  |  Disclaimer  |  Colofon